Volgers

zaterdag 8 februari 2020

Don Carlos in Luik

Het is een gruwelijk eind treinen naar Luik, daarom was ik gisteravond maar vast naar Bilthoven gegaan want dan duurt het een uur minder lang. Maar ik hoefde niet vroeg weg, want Jantine was vandaag aan het werk om een paar ziektedagen in te halen. Rustig aan stak ik in op aankomst om 1400 uur. Dat geeft de mogelijkheid om nog even de stad in te gaan en wat rond te kijken. Onderweg had ik voldoende leesvoer in het boek van Machado de Assis, dat werkelijk een pareltje is. Eigenlijk was ik er voor ik het in de gaten had. Mijn weg leidde me langs meerdere delicatessenwinkeltjes, onder andere een kaasboertje compleet met alpinopet, erg Frans, waar ik een Corsicaanse brebis kocht. Iets verderop was een winkeltje met kleding en schoenen door kunstenaars, waar ik een jasje paste. Het was erg verleidelijk maar ik heb het toch niet gekocht!
Een knuffel voor een padvinder

Iets voor vieren kwam ik bij Jantines adres. Ze was er nog niet, maar wel was daar een groepje padvinders die mij iets duidelijk wilden maken. Na wat geharrewar met de taal bleek dat ze de opdracht hadden om met drie onbekenden een knuffel uit te wisselen; wilde ik er één van zijn? Natuurlijk! en ik vroeg ook om een foto op mijn eigen apparaat.

Maar daar was Jantine. Ik legde mijn spullen bij haar neer en we kletsten vast bij. Een kop thee, even alles nazien en een hondendrol van mijn schoen halen, toen konden we een hapje gaan eten. Dat werd een tapabar vlak bij de opera. Zodoende waren we er gelukkig op tijd. Kort daarna al ging het doek op. Wat volgde was een schitterende uitvoering.
Don Carlos, hier in de lange versie, van Verdi, werd gezongen door een serie topstemmen. Een tenor met Italiaanse klank, al was hij Amerikaan, een bas die weer wel Italiaan was (Ildefonse d'Arcangelo), een heldere sopraan die Elisabeth zong. Tot mijn verbijstering las ik later in de recensie dat ze halverwege werd vervangen wegens stemproblemen, daar hebben we niets van gemerkt! Wat een artiesten.
Prachtig vond ik ook de scene met de auto-da-fe, waarin veroordeelde ketters met gele puntmutsen op in karren naar het schavot werden gebracht. Ook werd daar een staaltje van vendelzwaaien op het toneel vertoond. Echt Belgisch, en een lust voor het oog. De Grootinquisiteur werd vergezeld door twee jongens met Downs syndroom, die het duidelijk heel spannend vonden allemaal. De regie was niet bijzonder, maar dat leidde niet af. Vooral de zang was overtuigend, en daar gaat het tenslotte om.

Even na twaalven waren we weer thuis, waar we nog een uurtje hebben nagepraat en vervolgens kroop ik boven in het logeerbed, uitgeteld en heel tevreden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten