Volgers

donderdag 10 december 2020

Borduurwerk

 Het was vroeger een hobby van me: borduren. Grote rasters moest je uittellen om daarop de kleuren te plaatsen, zodanig dat je een bepaald plaatje tevoorschijn toverde. Meestal waren dat natuurplaatjes, vogeltjes of een huisje in het groen. Soms ook iets van een avonturenverhaal zoals een piratenschip. De laatste keer dat ik heb geborduurd, was in het jaar 2008. Toen werd Eef 60, en in dat jaar werkte hij als vrijwilliger bij een boer. Hij schepte de stal schoon, haalde de mest weg en hielp mee met het voeren van de beesten. Soms ook hielp hij een kalf halen. Daarom was mijn kadootje aan hem toen een borduurwerkje met een koe en vier kalveren. Wat een werk, daar was ik het volle jaar mee bezig. Daarna heb ik dat nooit meer gedaan. Nu gaan we een lockdown in, en de vraag is wat we zullen gaan doen, thuis. Wel dat wordt in elk geval niet borduren - die tijd heb ik gehad. Als ik zoiets zou doen, dan zou het zijn naar eigen ontwerp, creatief dus. 
Een ander borduurverhaal betreft wijlen mijn tante Ina. Zij was een vrouw alleen, haar hele leven, nadat oma was overleden. Zij had als winkeldochter haar moeder, mijn oma, tot oma's dood verzorgd. Naarmate ze ouder werd, kwam ik iets vaker langs. Iemand van 90 jaar, alleen op een flatje, niet in staat om naar buiten te gaan. Daarom bracht ik wel een sinaasappel, die ik dan uitperste. Of ik kwam met iets warms, of om een praatje over vroeger. Hoe ouder tante Ina werd, hoe argwanender (Dat leek op het gedrag van háár tante Plony, maar daarover later meer). Dan zat ik de oude foto albums te bekijken en vroeg over vroeger. Waarom ik dat wilde weten? zat ze dan. Eenvoudig, dat was omdat zij de enige was die nog over vroeger kon vertellen natuurlijk. Mijn eigen moeder was nog ouder, en niet meer aanspreekbaar. Maar helaas geloofde ze steeds sterker dat er wat meer achter stak. Op zekere dag kwam ik weer bij haar langs, met een net sinaasappels, maar er werd niet open gedaan. Ik kwam er niet in. Telefonisch kreeg ik geen contact.  De buren wisten ook niets. Later hoorde ik van andere buren dat ze die dag naar een hospice was gebracht, om haar laatste drie weken in te gaan. Weer een paar maanden later vertrouwde ík het niet meer en heb uitgezocht of ze nog leefde. Ze leefde niet meer. Zonder ook maar iemand op de hoogte te stellen, van de hele familie, was ze onder de grond verdwenen. Met het nodige uitzoekwerk kwam ik er achter wie haar executeurs waren. Die heb ik om uitleg gevraagd, en verteld dat ik afscheid had willen nemen. Zij, een vrouw en haar dochter die ze bij het hospice had ontmoet, hadden de boedel afgewikkeld, ongetwijfeld prima. Toen ik vroeg om een aandenken, ik hoopte op het fotoalbum, maakten ze een afspraak met me in Rotterdam en daar droegen ze mij een foeilelijk borduurmonster aan mij over. Zelfgemaakt door Ina, echt heel persoonlijk. Volgens mij hadden ze er lol in om dat te doen. Waarschijnlijk hadden ze de foto albums al weggemikt. Wat had ik die graag nog eens doorgekeken. Vooral ook omdat het verschil in uiterlijk van mijn moeder en de rest van de kinderen zo groot was. Op wie heb ik geleken? Maar helaas, dat ging niet.

1 opmerking: