Ik werd vanochtend gesloopt wakker. Zo vreselijk moe je bed uitkomen, kent u dat? Mijn hoofd liep om. Bovendien regende het, zij het niet met pijpenstelen. Daarom besloot ik om na het ontbijt eerst eens uit te rusten, door weer onder de wol te gaan, en er vandaag een leesdag van te maken. Eef zou alleen naar Slenaken lopen. Zo gezegd, zo gedaan. Echt slapen lukte niet, maar om 1200 uur kwam ik toch bij en kon ik de dag weer aan. Ik had een interessant boek bij me, eentje van de stapel die na lezing weg moeten, en ik was blij dat ik het bij me had. Het heet Logboek van een Slavenhaler, en dat dekt de lading precies: het is het verslag van de handel en wandel van Theophyle Conneau, kapitein op de slavenvaart toen dat al illegaal was verklaard in verschillende landen, zo kort geleden als 1830. Hij beschrijft zijn leven vanaf zijn geboorte in 1808 tot zijn 40e levensjaar, toen hij het slavenvaren vaarwel had gezegd. In het boek spaart hij zichzelf niet, maar betoont ook geen schaamte over zijn beroep. Hij beschrijft nauwkeurig hoe het allemaal in zijn werk ging, en hoe de gebruiken van de verschillende stammen in Afrika waren, hoe die stammen er toe kwamen om mee te werken aan de verkoop van slaven. En natuurlijk de perikelen van de schepen met die lading op zee. Hoe ze worden opgejaagd door Britse oorlogsbodems en ontsnappen, hoe hij Portugese slavenhalers van zijn lading berooft, hoe de slaven zijn vervoerd en hoe ze weer aan land kwamen, vaak in Cuba. Het is fraai, goed dat deze praktijken zijn afgeschaft.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten