Na alle bemoeienissen met kinderen kon ik vandaag niet tot veel anders komen dan mijn boek uitlezen, een mooie bos bloemen (die ik van Eef had gekregen!) in een vaas zetten, en wat pianospelen. Hier het boekverslag, deel 2.
Kara Mustafa was geen geboren Köprulü, maar een aangenomen zoon. Mede daardoor werd hij door grote eerzucht gedreven om het beste lid van de Köprulü familie te worden: degene die Wenen had veroverd! Maar hij was niet een heel goede strateeg. Hij liet de westelijke kant van zijn kampement niet bewaken. Bovendien onderschatte hij de Weners, hij minachtte hen en zag hun kwaliteiten niet. De Weners wisten dat er voor hen geen overgave in zat; het werd vechten tot de dood, en daarbij was het wel goed dat een heleboel deftige mensen de stad hadden verlaten. Wie er nog was, was bloedfanatiek.
Het kwam erop neer dat vanaf 14 juli 1683 tot 8 september onder enorme verliezen aan beide kanten, de Turken meter voor meter vooruitkwamen. De sappeurs van de Turken ondergroeven het gebied rond de stad, de grenadiers van de Weners gooiden hun granaten in de loopgraven. Uitvallen werden gedaan. De kanonnen aan beide zijden bleven bulderen. Maar de Turken wisten uiteindelijk een bres te slaan in de belangrijkste ravelijn en ze werden rond september herbevoorraad door de pasja van Boeda, en hij bracht weer nieuwe strijders mee. Starhemberg, die de stadsverdediging leidde, deed wat hij kon, maar het zag er beroerd uit. Toen kwam er hulp.
De vorsten van Beieren, Hannover, Frankenland, Zwaben en Saksen stuurden troepen, en het Vaticaan stuurde geld om ze te betalen. En het lukte de charmante veldheer Karel van Lotharingen om ze op één lijn te krijgen. Zo trokken ze samen op om op 11 september de heuvelrug te bereiken die eindigt bij de Kahlenberg.
Kara Mustafa had zijn legertent opgeslagen aan de zuidoostkant van de heuvelrug. Zijn uitgedunde troepen waren daar naartoe verplaatst. Maar de westkant had hij niet beschermd. Juist daar kwam op 12 september Jan Sobiesky van Polen aan met drie eskaders. In korte tijd was het leger der Turken omsingeld. Kara Mustafa pakte zijn spullen om terug te gaan naar het kamp aan de andere kant van Wenen. Dat werd gezien als vlucht door zijn troepen, en in paniek sloegen allen op de vlucht. Kort daarop werd Wenen bevrijd, althans wat er nog van over was.
De geallieerden pakten door en bestormden ook Esztergom, dat in de volgende zomer werd heroverd. In tegenstelling tot wat ik dacht, was het dit verlies dat de sultan tot het doodvonnis van Kara Mustafa deed besluiten. Want hiermee was één van de eerste grote overwinningen van de grote Suleiman teniet gedaan. Zijn beulen brachten het vonnis, en wurgden hem met een zijden sjaal.
In de jaren daarna bleef er oorlog heersen, die de herovering van Buda bracht, en later nog enkele andere overwinningen. Dat kwam mede door prins Eugen van Savoye, die voor de Habsburgers hun beste generaal ooit is geweest.
En waarom Naast de buren? omdat we vanavond opnieuw activiteit met een nazaat hebben, namelijk een etentje met Douwe in het restaurant met deze leuke naam. Ik ga er maar gauw op de fiets naar toe.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten