Volgers

vrijdag 28 juni 2019

Serieuze zaak

Een poosje geleden heb ik de 'Dag in de Branding' met een bescheiden bedragje gesteund, toch waren ze er zo blij mee dat ik was uitgenodigd om een repetitie bij te wonen. Anna Kurson en Maxim S. zijn jonge componisten die een nieuw werk mochten creëren voor de Dag. Die branding is natuurlijk in Den Haag, dus redelijk vroeg ging ik op pad naar het Zuiderstrandtheater om eens te horen wat ze hadden gemaakt. Dat theater ligt op een prachtige plek, vlak bij de oude Scheveningse haven en bij de duinen. Het is een grote blokkendoos die uitkijkt over het water van de haven en binnen mooi hoog en ruim is. Het doet denken aan een oud industriegebouw, maar dan met minder buizen en rotoren, wat cleaner kun je zeggen. Op de eerste verdieping stond het orkest het stuk Plexus van Anna te repeteren. Opvallend was hoe serieus de musici hun vak nemen. Een slagwerker, een pianiste van een prepared piano, een saxofoniste en een violiste lieten om beurten een plastic buis ronddraaien (geeft een soort geluid of je op een fles blaast), wapperden met aluminium folie, rammelden met een glaasje munten, of bliezen op een kindertrompetje. De violiste maakte krassende geluiden, streek waarschijnlijk met de strijkstok omgekeerd. Ook gewone geluiden werden geproduceerd. Het geheel gaf warempel een gevoel of je de branding hoorde, met vogelgeluiden op de achtergrond in de duinen. De echtgenoot van de niet-zo-jonge componiste klaagde dat het stuk in de buitenlucht vast niet goed te horen zou zijn. Dat wist te toch van te voren, denk ik dan. Hij leek me gelijk te hebben, de subtiliteiten van geknisper en dergelijke gaan geheid verloren. Maar wat voor gek geluid de musici ook moesten produceren, ze namen het bloedserieus.

Ook het stuk van Maxim, dat boven werd uitgevoerd bij een adembenemend uitzicht op de haven, was verstild. Een accordeon speelde een langgerekte zachte noot, die ik op 1 1/2 m afstand in de zaal al nauwelijks hoorde. Ook hier een marimba, en 5 triangels, een harp en een altviool. Veel belletjes ook, en van die metalen schijfjes die óf worden aangetikt óf aangestreken. De moderne muziek is niet meer een kakefonie an sich, zoekt wel de harmonie, maar is wel een kwestie van veel soorten. Het lijkt een beetje op een sterrenrestaurant: 9 gangen, maar allemaal klein.
Ik liep de buitenlucht weer in, genoot nog even van de verrukkelijke dag en de zeelucht, en ging huiswaarts. Want 's avonds werd er op Fort Rijnauwen weer de jaarlijkse opera gehouden door Holland Opera. Dit keer zou het King Lear zijn. Dat is toch een toneelstuk? Inderdaad. Maar de huiscomponist van HO had er muziek op gemaakt. Het was een echt HO product: fusion, stukjes citaat (zeg maar: gepikt) van de klassieken, hier en daar wat origineels dat mooi klonk, en een regie waarbij de volle breedte van het fort werd gebruikt. Shakespeare had teksten geleverd, stond er in het boekje, maar dat waren maar een paar zinnen. De rest was gereduceerd tot een soms onbegrijpelijke straattaal. Kortom, niet de beste prestatie van HO.

Voor mij mogen ze de formule behouden dat op Fort Rijnauwen een échte opera wordt uitgevoerd, en de rest van het jaar de fusion waar ze zich met de kinderen mee bezig houden. Het was dit jaar geen Jonathan Dove, zal ik maar zeggen. Toch was het stuk bij vlagen heel boeiend, en ook hier hebben de musici zich uiterst serieus van hun taken gekweten. Ook het jeugdblazersensemble. De slagwerkster daar moest telkens onder iets door kruipen om bij de pauken te komen, naast de marimba. En de locatie is natuurlijk goddelijk. Wat ook genieten was: op dezelfde rij als waar wij zaten zat de hoogste baas van de sponsor Staatsbosbeheer. Bij het passeren groetten we elkaar hartelijk. Lang geleden Silvo! Dat deed me wel plezier, dat hij me na dik 16 jaar nog herkende.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten