Volgers

dinsdag 30 juli 2019

In de bek gekeken

Mijn slavenboek nam ik mee naar Amsterdam waar ik een afspraak had met de mondhygiëniste. Ik zag daar wel een beetje tegenop, want zo'n jongedame zit tenslotte aan je hoofd te peuteren, en dat is nog altijd niet helemaal in orde. Maar het ging gelukkig goed en ze leverde prachtig werk. Van de gelegenheid kon ik gebruik maken om het Logboek uit te lezen. Het is een af en aan van voor- en tegenspoed. Dan weer branden schepen af, dan weer breken oorlogen tussen stammen uit die voor veel ellende zorgen en vernietiging van moeizaam opgebouwde nederzettingen. Soms heeft hij 'geluk' in de zin dat hij een concurrent weet te bestelen. Dan weer wordt hij gevangen genomen, soms door Engelsen of Fransen, dan weer door negers, waaronder een keer zelfs kannibalen. Die eten hem niet op vanwege losgeld dat een blanke vertegenwoordigt, maar hij is wel getuige van hun feest met alles wat er bij komt kijken. Dit contrasteert weer met de hoffelijkheid die scheepsofficieren onderling vertonen. Uiteindelijk kiest hij ervoor om de slavenhandel te verlaten en handelaar in wettige goederen te worden, maar dat gaat ook niet zonder slag of stoot; zijn reputatie als slavenhaler zit hem danig in de weg en op het laatst wordt zijn plantage New Florence afgebrand door de Engelsen. Daar eindigt het verhaal. Een verhaal waar je in de bek kijkt van het lelijke beest van de slavenhandel, en je je ook realiseert hoe kei- en keihard het leven is geweest voor iedereen die in die tijd leefde. Dat Conneau nog de 56 jaar heeft volgemaakt is bijna niet te geloven, gezien het gevecht dat zijn leven was.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten